Luchtbed (2)

Van krachtig naar kwetsbaar is maar een heel klein stapje in het nest van de familie slechtvalk in Ede. Ja, zeg maar gerust familie, want pa en ma slechtvalk uit het vorige Bienkblog hebben gezinsuitbreiding gekregen. Uit alle drie de eieren is begin mei een wit, pluizig en vooral ook lawaaiig nieuw leven gekomen.

Goh, wat kan dat jonge grut blèren. En het wordt op haar wenken bedient, want op gezette tijden worden er allerlei ondefinieerbare dode dieren naar het nest gesleept. Het is allemaal op de voet te volgen dankzij de webcam in het nest. Dus ook de gruwelijkheden die passen bij de status van roofdier. ’s Werelds snelste nog wel die in zijn duikvlucht op jacht naar een prooi een snelheid tot 389 kilometer per uur kan halen. Mind you. Dat is voorwaar geen kattenpis.

Meteen villen

Maar die prooi dus. Een duif bijvoorbeeld of een leeuwerik. Die wordt bij aankomst meteen even snel als rigoureus van haar veren ontdaan en met kracht uit elkaar getrokken met die kromme, kenmerkende snavel. Niet heel charmant, en het nest wordt er ook niet netter op, maar wel puur natuur.

In hele kleine stukjes wordt het vlees dan uiterst voorzichtig en geduldig in de bekjes van de kleintjes gelegd. Hap slik weg. En meteen weer roepen om een volgend stukje.

Gaat de overdracht een keertje mis, dan raapt de voeder het vlees weer op en doet een nieuwe poging. Wat al te grote of moeilijk uit elkaar te krijgen stukken prooi, peuzelt-ie gauw zelf op.

Als de oude slechtvalk het welletjes vindt, komt de laat-je-luchtbed-leeglopentechniek weer om de hoek kijken. Hij schuift zijn lijf over de kleintjes heen en dwingt ze om te gaan liggen. Waar ze lang niet altijd zin in hebben en dan schudt hij nog een keer flink op en neer. Hup!

Luisteren zullen ze. Zeker op deze moederdag.

Plaats een reactie